Onweer en bliksem geven harde donderende geluiden en krachtige flitsen. Dit is niet zonder gevaar. Bij zeer hevige onweersbuien kan het wel meer dan 500 keer bliksemen binnen vijf minuten. Daarnaast gaat onweer vaak samen met veel wind of zware windstoten en soms hagel.

Een groot deel van de onweersbuien kan goed voorspeld worden. Hoe een onweersbui zich ontwikkelt is minder makkelijk te voorspellen. Daarnaast kan onweer uit het niets ontstaan en zeer snel van kracht en richting veranderen. Dat maakt het zo gevaarlijk.
 

Mensen die buiten zijn tijdens onweer, vooral op een open veld, op het water of in de buurt van hoge bomen, kunnen gemakkelijk geraakt worden door bliksem. Inslag van bliksem is levensgevaarlijk voor mensen en dieren. Bomen en gebouwen kunnen er ook zeer ernstige schade door oplopen. Het meest gevaarlijk is bliksem als deze vlakbij is. Door het aantal seconden te tellen tussen bliksemflits en donder, weet je hoe ver het onweer bij je vandaan is. 1 seconde komt overeen met een afstand van ongeveer 300 meter. De bliksem is dichtbij wanneer de tijd tussen een bliksemflits en de donder die erop volgt minder dan 10 seconden is.

Het is dus belangrijk dat je weet wat je kunt doen ter voorbereiding op onweer én als je buiten bent in zo'n situatie.